Drukte in de Stad

Het goed in kaart brengen van hoe druk het is in de stad kan erg interessant zijn voor uiteenlopende doelstellingen: het verbeteren van mobiliteit, veiligheid, doorstroming in handelsgebieden enzovoort. Lokale besturen doen hiervoor beroep op bedrijven die diensten en technologieën aanbieden. Het meten van drukte in de stad brengt echter verschillende uitdagingen met zich mee. Daarom gaat de derde datapiloot van Smart Flanders dieper in op dit onderwerp met een traject dat voornamelijk focust op kennisdeling.

Inventarisatie

In eerste plaats was het belangrijk een goed beeld te krijgen op de bestaande praktijken bij de centrumsteden. Wat wordt er gemeten, met welke doelstelling, via welke leveranciers, met welke technologieën enzovoort. Dit overzicht werd in een eerste werknota opgenomen die hier als pdf-document te consulteren is. Het document geeft een overzicht van de domeinen waarbinnen metingen uitgevoerd worden, lijst de voor- en nadelen van bepaalde technologieën op en geeft de belangrijkste uitdagingen weer waar de steden vandaag op botsen.

Eerste analyse

Op basis van de inventarisatie werd een eerste analyse gemaakt. Deze brengt de belangrijkste uitdagingen die er vandaag zijn rond het meten van drukte in de stad in beeld, vanuit het perspectief van de lokale besturen. Deze uitdagingen werden als volgt geïdentificeerd:

Huidige aanpak van metingen

  • Hoe omgaan met nulmetingen? Wanneer er van leverancier veranderd wordt is men de nulmeting en/of historiek van de data kwijt. Zelfs wanneer bij dezelfde leveranciers wijzigingen gebeuren in de meet-methode kan dit voorvallen.
  • Het is niet altijd voldoende duidelijk wat er precies gemeten wordt. Uniforme indicatoren en definities zijn hierbij van belang.

Relatie met leveranciers

  • Beloftes die in offertes gemaakt worden, kunnen niet altijd waargemaakt worden. Hier zit een duidelijk verschil in startende bedrijven versus meer gevestigde spelers.
  • De effectieve technische uitrol van hardware wordt vaak onderschat in de praktijk en duurt vaak langer dan voorzien.
  • Leveranciers zijn zich niet altijd bewust van de mogelijke gevolgen van technische ingrepen en/of communiceren hier onvoldoende of laat over met hun klanten.

Gebruik en bruikbaarheid van de data

  • Moeten dergelijke data überhaupt open zijn en zo ja op welke manier worden deze dan best ontsloten? Vaak speelt hier een belangrijke politieke gevoeligheid in mee.
  • Wat kunnen we wel doen ikv de privacy-wetgeving? WiFi en Bluetooth-tellingen staan onder druk ikv GDPR.
  • Data van verschillende leveranciers is vaak niet (makkelijk) te combineren. Hierdoor gaan potentiële inzichten uit de data (bvb causaliteit tussen parameters) verloren.
  • Er moeten zeer veel assumpties en/of extrapolaties gemaakt worden voor men een bepaald inzicht uit de data kan opbouwen. Dit maakt conclusies trekken uit de data erg moeilijk.
  • Vaak ontbreekt binnen de stadsorganisatie de capaciteit om zelf analyses uit te voeren en/of is dit niet altijd de moeite en tijd waard, omwille van bovenstaande redenen.
  • Er is in het algemeen weinig vertrouwen in de cijfers, wat hun inzetbaarheid voor beleid problematisch (en duur) maakt.

Op basis van de inventaris werd daarnaast ook een analyse gemaakt van de huidige definities en parameters die gebruikt worden om metingen te gaan beschrijven (bvb. een shopper, een passant, een dagtoerist, een verblijfstoerist etc.). Deze werden verzameld in een spreadsheet die enkel oplijst welke profielen en parameters er vandaag allemaal gehanteerd worden, gekoppeld aan de technologie die inzetbaar is om ze te meten. Dit document kan ter inspiratie dienen en is hier terug te vinden.

Ontmoeting met de markt

Aangezien de relatie tussen leveranciers en steden uiteraard erg belangrijk is binnen dit thema, wordt binnen het traject ook een actieve dialoog met de markt opgezet. Op 25 april 2019 werd een eerste sessie gehouden waarop de steden in gesprek konden gaan met uiteenlopende leveranciers van oplossingen die drukte in de stad meten. De sessie werd opgevat als een "reverse pitch" waarbij de steden rond vier thema's een concrete uitdaging presenteerden. Vervolgens konden de leveranciers vanuit hun ervaring en expertise een antwoord geven op deze uitdagingen. Het verslag van deze sessie is hier terug te vinden.

Definitiehandboek

Na deze sessie wordt besloten om een gezamenlijk definitiehandboek op te stellen, waarin afspraken gemaakt worden over gestructureerde definities van profielen en kenmerken die gebruikt kunnen worden bij het meten van drukte. Dit handboek werd samen met de steden geschreven en voorgelegd aan de betrokken marktpartijen, om op de laatste stuurgroep van Smart Flanders goedgekeurd te worden. Het definitiehandboek is hier terug te vinden.